
Marion van Roekel
Gelijkwaardige beloning inleners: wat verandert er per 2026?
1 dec 2025
Per 1 januari 2026 treedt de nieuwe CAO voor Uitzendkrachten in werking. De meest ingrijpende wijziging is dat de inlenersbeloning wordt afgeschaft. In plaats daarvan komt een nieuw principe: gelijkwaardige beloning. Deze verandering heeft gevolgen voor inleners.
De inlenersbeloning verplichtte uitzendbureaus om uitzendkrachten te belonen op basis van de arbeidsvoorwaarden van de inlener. Dat betekende onder andere dat de uitzendkracht recht had op dezelfde:
Functiegroep en bijbehorend loon
Ploegentoeslagen en onregelmatigheidstoeslagen
Vergoedingen voor reisuren of kosten
Periodieken
Arbeidstijdverkorting (ATV/ADV), indien van toepassing
Met ingang van 1 januari 2026 vervangt gelijkwaardige beloning het oude systeem. Dit nieuwe principe gaat verder dan de inlenersbeloning en heeft als doel volledige beloningsgelijkheid tussen uitzendkrachten en vaste medewerkers te waarborgen.
Gelijkwaardige beloning gaat verder dan loon: alle arbeidsvoorwaarden moeten in waarde gelijk zijn aan die van vaste medewerkers.
Belangrijke kenmerken van de gelijkwaardige beloning
Alle beloningscomponenten worden meegenomen. Niet alleen basisloon en toeslagen, maar alle financiële en materiële arbeidsvoorwaarden moeten worden gelijkwaardig toegepast.
Denk aan:
Bonusregelingen, gratificaties
Vergoedingen zoals reiskosten, maaltijdvergoedingen en thuiswerkvergoedingen
Vakantiedagen
13e maand of eindejaarsuitkering
Vergoedingen voor trainingen of opleidingen
Fietsregeling en andere bedrijfseigen regelingen
Pensioen
Regelingen omtrent duurzame inzetbaarheid
Loondoorbetaling bij ziekte
Pensioen: als de inlener een hoger werkgeversdeel hanteert, moet dat verschil worden gecompenseerd aan de uitzendkracht
Aanvullingen op WAZO-verlof
Voorgaande betekent overigens niet dat de uitzendkracht exact dezelfde betalingen moet ontvangen als een medewerker die rechtstreeks in dienst is bij de inlener, maar wel dat het totaal van de waarde van de arbeidsvoorwaarden van de uitzendkracht onder aan de streep gelijkwaardig moet zijn.
De CAO-wijziging kent geen overgangsrecht. Inleners moeten contracten en aanbestedingen nú opnieuw beoordelen.
De wijziging naar het systeem van gelijkwaardige beloning heeft gevolgen voor inleners die gebruik maken van uitzendkrachten. Op de eerste plaats is het aannemelijk dat inhuur van personeel duurder wordt. Uitzendbureaus zullen de kosten van de uitzendkracht doorberekenen aan de inlener. Ook komt er een uitgebreide administratieve verantwoordelijkheid om de hoek kijken. Inleners moeten alle arbeidsvoorwaarden aan uitzendbureaus aanleveren. De standaard uitvraag van arbeidsvoorwaarden die de NBBU en de ABU hebben opgesteld bevat maar liefst 30 pagina’s aan door de inlener te beantwoorden vragen betreffende arbeidsvoorwaarden. (Bron: Standaard uitvraag gelijkwaardig belonen | Wijzerbelonen)
Omdat de CAO-wijzigingen per 1 januari 2026 ingaan en in beginsel geen overgangsrecht kennen (met uitzondering van de enkele uitzendkracht die er na toepassing van de wijzigingen in de cao voor de Uitzendkrachten op achteruit zou gaan qua beloning), is een voorbereiding essentieel. Onderwijsinstellingen doen er goed aan hun bestaande inhuurafspraken, contracten en financiële planning na te kijken of contracten de mogelijkheid bieden wijzigingen door te voeren in de overeenkomst. Indien dat het geval is zullen naar verwachting contracten die Europees aanbesteed zijn, opnieuw moeten worden aanbesteed, aangezien sprake zal zijn van een ‘wezenlijke’ wijziging.




